Uit balans

Ik ben weer uit balans. Net als in 2011 is het er langzaam ingeslopen. Net als toen maakt mijn lijf weer af en toe bewegingen die ik absoluut niet heb gepland. En net als toen is staan zonder duizelig te worden bijna niet mogelijk. Ook in mijn hoofd voelt het weer net als toen. Ik kijk om me heen, neem waar, maar ik maak voor mijn gevoel geen deel uit van de wereld om me heen. Ook de beklemmende pijn in de borststreek is weer terug.

Ik ben weer uit balans. Mijn lijf voelt niet als mijn lijf. Ik ben een vreemde in mijn eigen lichaam. Dat was toen, in 2011, ook zo. Toch is het nu ook anders. Toen raakte ik behoorlijk in paniek. En ik was niet de enige. Ook de neuroloog en de cardioloog in het ziekenhuis dichtten mij angstwekkende kwalen toe en verrichtten ingrepen die achteraf gezien helemaal niet nodig waren. Van enge ziekten was geen sprake. Het was stress, een burn out. Daar kun je aan werken. Dat heb ik ook gedaan. Ik herken de klachten en daardoor raak ik nu ook niet in paniek.

Ik ben weer uit balans. Het is er langzaam maar zeker weer ingeslopen. En ik had het niet in de gaten. Natuurlijk merkte ik wel dat ik weer stappen zette die ik helemaal niet wilde zetten. Dan kreeg mijn lijf weer eens zo’n onverwachte zwieper. Maar er gingen geen alarmbellen rinkelen, dus liep ik door. Tot gisteren. Ik zou voor mijn werk in Boskoop een concert van De Dijk bezoeken. Daar had ik me op verheugd, want ik ben fan van die band. Maar in plaats daarvan lag ik kronkelend van de pijn in mijn borststreek op bed. Gelukkig zakte de pijn vrij snel, maar vanaf dat moment was de wereld even niet meer mijn wereld.

Ik ben weer uit balans. En ik weet hoe het komt. Mijn bedrijfsarts zei onlangs het vermoeden te hebben dat ik niet helemaal goed uit mijn burn out ben gekomen en dat daardoor problemen en de zorgen die ik heb over mijn kinderen harder en slopender binnenkomen dan goed voor me is. En als mijn harde schijf overbelast raakt, laat mijn lijf letterlijk de schouders hangen. Iemand zei onlangs: “Ik zag je lopen. Het leek wel of je de last van de hele wereld op je schouders droeg.” En zo voelt het op dit moment ook. Mijn lijf heeft er genoeg van en protesteert.

Ik ben weer uit balans. Maar niet voor lang. Want ik weet hoe het komt en wat ik eraan moet doen. De zorgen om mijn kinderen zullen blijven, zolang het de een niet lukt om zijn leven op de rails te krijgen en de ander er maar niet in slaagt een kamer in de buurt van haar school en stageplek te vinden. Ik doe wat in mijn vermogen ligt hen te helpen, maar als het niet lukt, zal ik het toch moeten loslaten. Het allerbelangrijkst op dit moment is dat ik me richt op het oplossen van de lichamelijke klachten. En daarvoor moet ik weer even terug naar 2012. Toen werd ik door mijn huisarts doorverwezen naar een ademtherapeute omdat was vastgesteld dat mijn ademhaling niet goed was. Ik heb mijn hele leven altijd in- en uitgeademd. In die volgorde. Maar ik deed kennelijk toch iets niet goed.

Mijn eerste kennismaking met de ademtherapeute was bijzonder. Het was een mooie jonge vrouw. Haar schoonheid was welhaast adembenemend. Heel even heb ik gedacht dat zij mij dezelfde kenmerken toedichtte, want zij vertelde me dat ze de volgende keer dat ik bij haar zou zijn foto’s van me wilde maken. Op de volgende afspraak verscheen ik dan ook keurig geknipt en gekleed. Ik wilde natuurlijk wel een beetje netjes boven haar bed hangen. Ik vond het wel vreemd dat ik voor een muur moest gaan staan en dat zij foto’s van mijn zijkant maakte. De foto’s waren dan ook niet bedoeld om boven haar bed te hangen, maar om mij te laten zien dat ik er als een aapmens – haar letterlijke woorden- bijstond. Met afhangende schouders, verduidelijkte ze. Daardoor kon ik niet goed ademhalen, legde ze uit. Er moest aan mijn houding gewerkt worden.

Een keer of zes ben ik bij de ademtherapeute geweest. Bij de laatste ontmoeting maakte ze opnieuw foto’s. Ik stond fier rechtop. Hoewel ik geen diploma’s heb gekregen, begreep ik uit haar woorden dat ik met glans geslaagd was voor zowel in- als uitademen. Ik haalde opgelucht adem, maar ze gaf te kennen dat ik daar voorzichtig mee moest zijn. Dat deed ik kennelijk nog niet helemaal naar behoren.

Ik ben weer even uit balans. Even maar, want ik richt me op, zodat ik weer fier rechtop sta. En ik adem in en uit. In die volgorde, want dat bevalt me het best. En ik blijf ermee doorgaan. En eens… eens zal ik ook slagen voor opgelucht ademhalen.

5 replies on “Uit balans”

  1. Henny Dekker op

    Heel begrijpelijk Gert, bij alles wat je meemaakt, en hebt meegemaakt, dat je uit balans bent.
    Mooi geschreven en je humor ben je in ieder geval niet kwijt!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *