In de knoop

“Denk er eens over na”, zei mijn huisarts een aantal weken geleden tegen me. “Ik denk dat een opname in een herstellingsoord goed voor je zal zijn, maar het is aan jou.” Ik beloofde mijn dokter over zijn idee na te denken, maar een stemmetje in mijn hoofd zei toen al dat ik dit niet ging doen. Ik zes weken van huis? Dat kan natuurlijk helemaal niet. “Ik heb mijn kinderen nog thuis”, wierp ik meteen het eerste argument dat me te binnen schoot in de strijd. “Die zijn volwassen en kunnen heel goed een paar weken voor zichzelf zorgen”, veegde de huisarts mijn argument van tafel. “Misschien wel”, antwoordde ik, “maar ik zal me al die tijd alleen maar zorgen maken of het thuis wel goed gaat. Daar knap ik niet van op.” Dat ik me ook nog zorgen maakte om hoe het dan met de poes moest, zei ik maar niet. Ik begreep ook wel dat dit niet als argument geaccepteerd zou worden.

“Denk er nu maar eens goed over na”, sprak mijn huisarts nogmaals. “Het gaat niet goed met je. Ik zie dat het water je aan de lippen staat. Zo kun je niet verder. Dat is niet goed voor jezelf en ook niet voor je kinderen. Die maken zich nu ook zorgen om je.” Ik moest toegeven dat mijn huisarts daar een punt had. Het gaat niet goed met me. Al meer dan een half jaar niet. En het gaat steeds slechter. De perioden dat ik me ‘goed’ voel, worden steeds schaarser en korter. Het wisselt nu zelfs al per dag. Het ene moment kan ik me best goed voelen en durf ik het zelfs aan om in de buurt even een boodschap te doen, maar het gebeurt ook dat ik een paar uur later compleet instort en weer het gevoel krijg dat ik mijn bewustzijn ga verliezen. En hoewel ik weet dat dit niet gebeurt, slaat toch elke keer de paniek weer toe. Maar om daar nu zes weken voor van huis te gaan…

Vorige week, op vrijdag de dertiende, had ik weer zo’n moment dat ik het slecht had. Deze keer was het anders en heftiger dan anders. Het begon zoals altijd met suizen en fluiten in mijn hoofd. Dat gaat altijd op het ritme van mijn hartslag. Maar dat ritme was nu zo snel, dat ik ervan in paniek raakte. De linkerkant van mijn hoofd voelde vreemd. Alsof het niet meer meedeed. Mijn kinderen waren aan het werk, dus ik besloot een buurvrouw te bellen. Die kwam direct, samen met een vriendin. Zij belden de huisartsenpraktijk en kregen het advies 1-1-2 te bellen. Dat was eigenlijk iets wat ik niet wilde, maar ik voelde me zo beroerd dat ik alles maar over me heen liet komen. Ik hoorde in de verte de sirene van de ambulance en even later stapten twee verpleegkundigen mijn huiskamer binnen. Zij onderzochten me en besloten om me bij de spoedeisende hulp in Leiderdorp te “presenteren”. Terwijl ik in de ambulance plaatsnam op de brancard, zag ik dat mijn zoon, die was gewaarschuwd en inmiddels was gearriveerd, ook instapte. “Heb je de knip op de achterdeur gedaan? Is de voordeur op slot? En heb je mijn portemonnee bij je?”, vroeg ik hem. “Jaha”, bromde hij.

Deze scène in de ziekenauto staat me nog altijd helder voor de geest en heeft me de ogen geopend. In het ziekenhuis werden overigens geen ernstige feiten geconstateerd. Daar kan ik dus kort over zijn. “Spanning”, luidde de conclusie. Maar dat tafereel in de ambulance… Mijn vragen aan mijn zoon… Dat geeft precies aan waar bij mij de schoen wringt. Ik ben mijn hele leven nooit bedeeld geweest met een grote dosis zelfvertrouwen. En door de gebeurtenissen van het afgelopen jaar is ook het laatste beetje zelfvertrouwen wat ik nog had compleet verdwenen. Ik vertrouw mezelf niet meer. Ik durf bijna niets meer omdat ik niet zeker weet of het wel goed blijft gaan. Doordat ik mezelf niet vertrouw, heb ik ook geen vertrouwen in anderen. Dus probeer ik krampachtig de regie te blijven voeren en de touwtjes in handen te houden. Zeker waar het mijn kinderen betreft. De afgelopen dagen is bij mij het besef gekomen dat dit niet de juiste weg is. Dat ik hierdoor waarschijnlijk in de problemen ben gekomen. Mijn kinderen wonen weliswaar nog thuis, maar zijn volwassen mensen die proberen hun eigen weg te zoeken. Als je dan de touwtjes in handen wilt houden om ze net als marionetten te sturen, dan raken de touwtjes in de knoop. Dat is wat er hier is gebeurd.

Ik kan natuurlijk als excuus aanvoeren dat ik er sinds het overlijden van Tiny alleen voor stond, vader en moeder tegelijk was en tot het uiterste ging om het leven voor mijn kinderen zo goed mogelijk te laten verlopen. Dat is ook wel zo, maar dat excuus zou niet eerlijk zijn. Het zit veel dieper. Ik heb namelijk altijd een ongezonde dosis overbezorgdheid en zorgzaamheid gehad. Volgens mij heb ik dat van mijn moeder. Zij had ook geen rust als één van de gezinsleden niet thuis was. Ik heb wat keren ’s avonds met haar buiten gelopen als mijn vader op pad was om verzekeringen af te sluiten. Dan gingen we samen op de Bree in Rotterdam kijken of hij er al aan kwam. Ik heb me destijds voorgenomen dat zelf nooit te doen. En ik heb het ook nooit gedaan. Dat wil zeggen, naar buiten gaan. Maar in mijn huis heb ik in de loop der jaren wel een geul in de plavuizen geijsbeerd. Van keukenraam naar achterdeur en vice versa.

Mijn kinderen zijn volwassen en zoeken hun eigen weg. Ik heb de touwtjes nog in handen, maar de knoop krijg ik er niet meer uit. Dat wil ik ook niet meer. Ik wil de touwtjes loslaten. Ik mag bezorgd zijn over het wel en wee van mijn kinderen, maar ik moet van die overbezorgdheid af. Allereerst in mijn eigen belang. Om een groot deel van de spanning die mijn leven beheerst kwijt te raken. Maar zeker ook in het belang van mijn kinderen. Zodat zij zich kunnen ontwikkelen. Dat sta ik nu in de weg.

Ik ga mezelf niet aanpraten dat ik het allemaal fout heb gedaan. Ik heb het gedaan vanuit mijn gevoel. Maar ik zie nu wel in dat ik het anders had kunnen doen. Dat was beter geweest. Het is nog niet te laat. Ik ben er nog en heb nog altijd zin om een flink aantal jaren in goede gezondheid mee te gaan. Voor mezelf en voor mijn kinderen. Daarom ben ik binnenkort een paar weken weg.

 

12 replies on “In de knoop”

  1. Ik herken je situatie helemaal. Zelf heb ik dit ook meegemaakt en vond ook dat ik onmisbaar was in mijn werk en mijn gezin. Ik bleef dus aanmodderen met als gevolg dat ik in 2014 een enorme kortsluiting in mijn hersenen kreeg. Ik had al geruime tijd last van tintelingen in mijn gezicht en hoofd en heb dat genegeerd. inmiddels ben ik al ruim 1.5 jaar aan het revalideren en weet ik dat het nooit helemaal meer goed komt. Dus wees a.u.b. niet zo eigenwijs als ik. Zes weken wegen niet op tegen wat ik heb mee gemaakt. Heel veel sterkte en zorg heel goed voor jezelf, dat is nl ook zorg dragen voor je kinderen.

    • Gert op

      Dank je wel voor je reactie, Sonja. Je vertelt een heftig verhaal. Ik ga inderdaad niet langer eigenwijs doen. Komende week ga ik mijn huisarts vertellen dat ik op zijn voorstel zal ingaan.

  2. Bertus Schrumpf op

    Ja… nu even moment voor je zelf pakken Gert. Je zal zien dat alles dan goed komt. Sterkte. Weer mooi geschreven trouwens. Aantal zaken zijn voor mij best herkenbaar. Hartelijke groet uit Goirle.

  3. Ton Broekhuisen op

    Goed besluit, Gert! Het gaat nu even om jou! Je hebt jezelf al lang genoeg weggecijferd. Op naar een nieuwe toekomst!!

  4. Ineke Peters op

    Lieve Gert. Ik wens je heel veel sterkte en heb er vertrouwen in dat je je kinderen in al die jaren zoveel hebt meegegeven dat ze daar de komende tijd op kunnen teren. Misschien ook goed voor hun zelfvertrouwen. Liefs, Ineke

  5. Ger op

    “… niet zeker weet of het wel goed blijft gaan.”
    Eén ding weet ik heel zeker dat goed gaat: man wat kan jij schrijven.
    Een wijs besluit Gert. Neem nu de tijd voor jezelf.
    Laat het los en ervaar dat je kinderen op eigen benen kunnen staan terwijl ze hun vader toch altijd nodig zullen blijven houden. Maar wel ánders dan nu.
    Sterkte kerel. We wachten op je.

  6. Anton op

    Hè Gert ga lekker 6 weken genieten . En als je dat geleerd hebt ,en dat kan in 6weken gemakkelijk lukken. Die knip op de achterdeur .. Die is dicht. De poes kan eindelijk ongestoord liggen waar hij wil. En die kinderen , die gaan gewoon hun eigen en door jouw goede opvoeding , mooi en verantwoord leven leiden. Naast dat ze de tijd hebben om ook even tot rust te komen. Dus pak je koffer en een paar boeken en ga genieten . En kom weer als THE Gert terug.

    • Gert op

      Hoi Anton, wat gaaf om van jou een reactie te krijgen. Ik hoop inderdaad snel mijn koffer te kunnen pakken. Je hebt gelijk. Het is voor iedereen hier in huis beter om even wat afstand te hebben. Worden we allemaal sterker van en de waardering voor elkaar zal toenemen.

  7. Marijke op

    Beste Gert, bij toeval kom ik hier terecht. Wat kun jij goed verwoorden wat er mis gaat in je hoofd en daardoor ook in je lijf! Daar kun jij heel trots op zijn, ik denk zelfs dat het je helpt bij je genezingsproces. Je schaamt je er niet voor, maar kunt het zelfs delen. Goed dat je toegeeft aan een pas op de plaats. Laat het gaan, jouw kinderen zullen je bewijzen dat jouw opvoeding vruchten afwerpt. En jij? Jij komt nu eerst aan jezelf toe. Laat het gebeuren. Ik wens je kracht en wijsheid toe.

  8. Dag Gert,

    Eigenlijk ken ik je niet, of toch wel? Ik heb immers al veel schrijfsels van je gelezen. En graag gelezen.
    Het is nog niet te laat. Zeker niet! Ik wens je heel veel sterkte en alle goeds. Je (over)gevoeligheid siert je, omarm dat, maar geef ‘hem’ een plaatsje.

    Agnes

  9. Frank op

    Beste Gert. Natuurlijk heb je naar je hart geluisterd en gedaan wat je moest doen. Maar als je altijd op ‘standje overleven’ staat, heb je al die tijd geleerd om jezelf weg te cijferen.
    Agnes schreef al dat je beter een plaats kunt geven aan je gevoeligheid. Dat denk ik ook. De gedachten die namelijk uit overgevoeligheid voortvloeien kunnen je leven aardig belemmeren. Sterker nog. Die walnoot schreeuwt waarschijnlijk nu alleen maar ‘ik weet het niet meer’, ‘wat nu?’, ‘dood en verderruf!’; en geeft eigenlijk op z’n eigen subtiele manier aan dat het tijd is dat er ene Gert nodig is.
    Ga daar voor en sterkte!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *